“Kinderen zijn hinderen”, zeiden mijn opa en oma vroeger. Ze hadden er tig, dus zij konden het weten. Maar anno 2022 mag je dat soort dingen – ook al was het met een kwinkslag – niet meer zeggen. Zijn we veel te woke en fragiel voor, je weet nooit of je tegen iemands virtuele veel te lange teentjes schopt tenslotte. Daarom geheel onafhankelijk eens even wat onderzoekjes over het ouderschap uit mijn mailbox. Wel uitgevoerd in opdracht van kindgerelateerde merken, dat dan wel, maar verder ongekleurd. Ideaal om zelf eens even een lekkere uitgesproken mening over te vormen toch?
Nieuwe rubriek dus weer, gewoon omdat ik daar zin in heb. Vandaag een onderzoek van My Nametags. Je weet wel, die labeltjes voor in de lunchbox en op de gymspullen. Zodat je verloren kinderspul makkelijk kunt terugvinden.
Onze kinderen mogen meer dan wij
In juni 2022 werd een onderzoek uitgevoerd door Censuswide in opdracht van My Nametags. Er werden 500 ouders in Nederland ondervraagd. Daaruit blijkt dat de moderne ouder een slappere hap is dan de voorgaande generaties. De belangrijkste conclusies:
- Meer dan 40 procent van de moderne ouders stelt weinig of inconsistente regels voor hun kinderen.
- Meer dan twee derde van de oudere generaties hanteerde een duidelijke, strenge opvoedingsstijl.
- Bijna twee derde van de ouders beweert dat ze meer tijd met hun kinderen doorbrengen dan hun ouders met hen deden.
- Bijna twee derde van de ouders vindt dat ze meer liefde en genegenheid tonen dan hun ouders deden.
Klinkt “in mijnen tijd was het niet waar geweest” bekend in de oren? Recent onderzoek toont aan dat die stelling helemaal niet uit de lucht gegrepen is. Uit een internationale bevraging blijkt namelijk dat de moderne Nederlandse ouders met weinig of met inconsequente regels opvoeden. Dat staat in schril contrast met de vorige generatie. Meer dan twee derde (68%) van de ouders beweerde dat hun eigen ouders strenge en duidelijke regels hanteerden toen zij opgroeiden.
Een kind opvoeden is wellicht één van de moeilijkste dingen die er bestaat. Niet alleen moet je tot een akkoord komen met je partner / de andere ouder, ook je vrienden en familie staan klaar met raad en daad. Of je daar nu om gevraagd hebt of niet. Waar we vandaag veel lezen over natuurlijk ouderschap en mild opvoeden, heerste vroeger de zogenaamde pedagogische tik.
Maar voeden we onze kinderen tegenwoordig ook echt minder streng op? Onderzoeksbureau Concensus ondervroeg meer dan 3.550 ouders in 5 verschillende Europese landen, waaronder Nederland. Die bevraging leverde duidelijke resultaten op. Zo geeft de helft (52%) van de huidige Nederlandse ouders aan dat ze hun kinderen meer ontspannen opvoeden, met weinig of zelfs inconsequente regels. Dit staat in schril contrast met de vorige generatie, toen bijna zeven op de tien (78%) van de ouders beweerde dat hun eigen ouders strenge en duidelijke regels hanteerden toen zij opgroeiden.
Iets wat we ook in het dagelijks leven zien terugkomen. De helft (52%) van de moderne ouders is soepeler over wat hun kinderen eten en drinken dan hun eigen ouders waren. Meer dan een derde (37%) verwacht niet dat hun kinderen helpen met huishoudelijke taken.
Quality time versus emotionele ondersteuning
In plaats van op regels en discipline, ligt de focus van ouders op emotionele ondersteuning en meer quality time met de kinderen. Maar liefst 66% van deze generatie ouders zegt dat ze meer tijd doorbrengen met hun kinderen dan hun ouders vroeger met hen. Daarbij vinden ze het bovendien belangrijk om meer liefde en genegenheid te tonen en staan er ook meer gezinsactiviteiten op de planning.
En hoewel dit in andere landen voor extra schuldgevoelens zorgt, staan de Nederlandse ouders hier rustiger tegenover. 42% van de huidige mama’s en papa’s geven aan dat ze meer druk voelen om hun kinderen beter op te voeden dan hun ouders. Dat is veel, maar toch beduidend minder dan in andere landen. Bij onze Belgische buren ervaart de helft die druk en in het Verenigd Koninkrijk zelfs 6 op de 10 ouders.
Dat betekent echter niet dat vorige generaties helemaal geen tijd met hun kinderen doorbrachten. Enkel de invulling en de aard van de gezamenlijke activiteiten verschilt sterk. Zo vond men het vroeger vooral belangrijk om kinderen praktisch te ondersteunen, door bijvoorbeeld te focussen op het strikken van de schoenveters, hen leren fietsen tot zelfs het herstellen van beschadigde kledij. Moderne ouders kiezen eerder voor knutselactiviteiten of fantasiespelletjes spelen. Als gevolg daarvan hebben drie op de vijf (60%) het gevoel dat hun kinderen opener en eerlijker tegen hen kunnen zijn dan zij tegen hun eigen ouders zouden kunnen zijn.
Iedere generatie heeft zo zijn eigen kenmerken. En hoewel daar binnenshuis misschien wel eens over gediscussieerd kan worden, zijn het uiteindelijk de ouders van het kind dat bepalen wat en hoe ze hun kroost willen opvoeden. Toch zorgt het generatieconflict soms voor moeilijkheden in de band tussen ouders en grootouders. Zo gaf een derde (31%) van de ondervraagden aan dat ze zich ongemakkelijk voelen wanneer hun eigen ouders voor hun kinderen moeten zorgen.
Wat vind ik daarvan?
Ik vind dat zeker mijn moeder uitstekend in staat is om voor mijn kinderen te zorgen. Verder hadden ze vaak al wel wat huishoudelijke taakjes, maar sinds de scheiding en vooral toen ik ernstig ziek werd, doen ze echt wel iets in huis. Zelf hoefde ik pas vanaf mijn tienertijd te helpen in huis en ook niet structureel. Mijn kinderen willen graag dingen zelf kunnen, ook omdat ze gezien hebben dat ik na mijn scheiding pas een beetje fatsoenlijk leerde koken en vooral omdat ze zichzelf willen kunnen redden én mij willen ondersteunen als ik nog een keer zo ernstig ziek zou zijn… Wat dat betreft stimuleer ik hun spel en faciliteer ik het knutselen, maar behalve veel dagjes weg heb ik zelf vooral de indruk dat ik meer op het stukje emotionele ondersteuning zit. Mijn moeder speelde voor mijn gevoel vaker met ons een spelletje en ze deed ook zelf mee als we knutselden. Dat doe ik niet.
En jij? Waar zit jij in het spectrum van dit onderzoek? Doen je kinderen iets in huis? Speel jij ook echt met ze mee?
